Ho Chi Minh City, dag 1 en 2

19 december 2016 - Ho Chi Minh City, Vietnam

Zondagochtend vliegen we om 9:00 uur van Phu Quoc naar HCMC en komen daar keurig op tijd aan. De taxichauffeur die ons naar ons hotelletje ‘Madame Cuc 127’ zal brengen staat in de ontvangsthal al op ons te wachten. Dan ontstaat toch nog enig oponthoud omdat ook Vietnamezen blijkbaar verstrooid kunnen zijn (hoor wie het zegt ;-). Onze chauffeur weet niet meer op welke vloer van de parkeergarage (die blijkbaar net opgeleverd is) hij zijn auto heeft neergezet en we doen met de lift eerst even alle verdiepingen aan voordat we uiteindelijk op de goede vloer belanden. Daarna is hij zijn parkeerpas even kwijt en vindt hij het knap lastig een parkeergarage uit te rijden, maar uiteindelijk belanden we in hectisch HCMC waar hij ons veilig doorheen loodst naar Madame Cuc. 

Na ons wat opgefrist hebben duiken we daarna direct HCMC in en beginnen aan de City Walk die in de Lonely Planet beschreven staat. Voordat we bij het startpunt van de wandeling zijn lopen we door een streetfoodtent heen waar we o.a. op een van de stalletjes een gevilde krokodil zien liggen. Na enige aarzeling proef ik het aangereikte hapje krokodil en bestellen we vervolgens een klein schaaltje. Het blijkt best mals vlees te zijn dat met een lekker sausje goed blijkt te smaken.  Terwijl we hiervan zitten te eten denken we terug aan de krokodillenfarm die we in Cambodja bezocht hebben. Wellicht komt ie daar wel vandaan. 

Eenmaal onze wandeling hervat worden we honderd meter verder aangesproken door een stel studenten die, net als we eerder in Hanoi mee maakten, graag met ons in gesprek willen om hun Engels te oefenen en ons honderduit vragen over waar we vandaan komen, waar we in Azië zijn geweest, hoe we leven, wat we eten etc.. We vinden dit zelf ook wel leuk dus we kletsen een hele tijd met ze door om vervolgens alsnog aan onze City Walk te beginnen die start bij de belangrijkste overdekte markt, de Ben Thanh markt. Vervolgens de belangrijkste highlights langs, met o.a. de katholieke kerk, de Notre Dame, het nog door de Fransen gebouwde postkantoor, de opera en vervolgens een aantal hotels die bekend zijn als huisvesting van het journalisten corps tijdens de verschillende oorlogen. Het meest bekende daarvan is het Continental Hotel waar, naar we lezen, Graham Greene in begin jaren 50 meermaals als oorlogsverslaggever verbleef en geïnspireerd werd voor het schrijven van zijn boek ‘The Quiet American’ waarin hij de groeiende Amerikaanse betrokkenheid bij het Franse en Britse kolonialisme in Vietnam aan de kaak stelde. Wellicht na de vakantie nog eens lezen of een van de twee films bekijken die op dit boek gebaseerd zijn. 

De wandeling eindigt in stijl boven op een van de wolkenkrabbers, de Centec Tower, waar we bij ondergaande zon op het dakterras de skyline van HCMC kunnen bewonderen. Ook het postkantoor was het bezoek meer dan waard en bleek een prachtig gebouw te zijn met een centrale hal in stijl, waarvan het dak gedragen wordt door een ijzeren, geklonken en versierde boogconstructie. Het postkantoor wordt ook nog steeds als zodanig gebruikt en vandaag (op zondag dus) worden er, onder een meer dan levensgroot portret van Ho zelf, voorafgaand aan de kerst erg veel pakjes ingepakt en verzonden. 

S’avonds, na ingewonnen advies bij tripadvisor, gegeten bij een restaurantje om de hoek, de ‘five Oysters’. Het eten is er inderdaad best lekker en boven op de eerste verdieping hebben we een mooi zicht op de drukte op straat. We waren echter even vergeten dat als je eten bestelt dit gebracht wordt als het klaar is en dus niet altijd als je er op zit te wachten. We krijgen de twee gangen die we besteld hebben allemaal in een keer op tafel. Mijn krab-asperge-soepje is nog veel te heet om snel weg te werken dus ik begin maar met de eend in passievruchtensaus. Nadat we het eten zo ongeveer achter de kiezen hebben wordt eindelijk het flesje wijn gebracht waarvan het ontkurken nogal een operatie bleek te zijn. 

De tweede dag in HCMC

We bezoeken we eerst het Reunification Palace waar de voormalige Zuid Vietnamese president Nguyễn Văn Thiệu resideerde en in april 1975 de overgave aan de Vietcong plaats vond. Dit paleis is nog in precies dezelfde staat als waarin het was toen de macht daar werd overgedragen aan de Vietcong en het is aardig erdoorheen te lopen en te zien waar de toenmalige corrupte president leefde en mensen als Mc Namara en Henri Kissinger meermalen ontving. Zelfs de radioapparatuur en de destijds gebruikte telexen staan nog in de ondergrondse bunker alsof ze gisteren buiten gebruik gesteld zijn. Dat de president de meditatieruimte op het dak, die de architect bedoeld had voor het overdenken van de moeilijke beslissingen, al heel snel ombouwde tot feestruimte en danszaal zegt wellicht ook het nodige. 

In de tuin spreken we een Amerikaan uit Atlanta, met zijn twee zoons, waarvan er één hetzelfde T-shirt draagt als ik (Hanoi-Traffic). We hebben het met elkaar over onze reiservaringen en de geschiedenis waarin de Amerikanen zo’n nadrukkelijke rol gespeeld hebben. Hij vertelt ons veel respect te hebben voor de Hollanders die als handelaar de hele wereld over gaan en gingen en met de uitvinding van de aandelenmarkt feitelijk aan de geboorte van het huidige financiële systeem stonden. We zijn het eens over het feit dat het gewone volk over de hele wereld iedere keer weer het slachtoffer is van het geweld dat door idiote machtswellustelingen onderling veroorzaakt wordt, maar tussen de regels door merk ik dat hij de Amerikaanse operatie van destijds toch min of meer nog verdedigd. Hij geeft namelijk aan dat ze er toch vooral waren om te voorkomen dat er dingen zouden gebeuren zoals onder het regime van de Rode Khmer hebben plaatsgevonden. 
We bespreken nog de President Elect, die hij een ‘smart business Guy’ vindt en na de opmerking dat hij blij is dat de man die 8 jaar lang zijn eigen regeltjes aan de Amerikanen opdrong weg is lijkt het mij verstandig het gesprek op vriendelijke wijze te beëindigen. 

S’middags naar het War Remnant Museum. Het is vooral een fotoexpositie die veel zegt over het verloop van de Oorlog tussen Vietnam en de westelijke alliantie waarin op de achtergrond ook China en Rusland betrokken waren. Het presenteert de oorlog als een strijd tussen regeringen waar het volk in Amerika en Europa op tegen was en probeert dit met teksten, foto’s en voorwerpen waaronder aan het museum geschonken onderscheidingen van Amerikaanse militairen die spijt hadden, duidelijk te maken. De ruimtes met beelden van in de oorlog gestorven persfotografen waaronder Robert di Capa zijn het meest indrukwekkend. Het museum heette aanvankelijk het Amerikaanse oorlogsmisdaden museum en heeft na het verbeteren van de onderlinge betrekkingen uiteindelijk de huidige naam gekregen. 

S’avonds alle indrukken verwerkt in een piepklein restaurantje met de naam van haar belangrijkste gerecht Bún Chà, een soort minihotpot: verrukkelijk!!

Foto’s